Het was gisteren druk op de ontmoetingsmarkt. Er waren veel kraampjes met mooie presentaties van allerlei zorgaanbieders. Bezoekers en belangstellenden liepen heen en weer of schuifelden langzaam langs om hun ogen de kost te geven. Ik zag schuddende handen en blikken van herkenning.
“De ontmoetingsmarkt is dé plek waar zorgaanbieders en de professionals uit de lokale toegangspoorten elkaar gaan ontmoeten” was er in de begeleidende tekst te lezen. “Toegangspoorten”. Vond ik mooi gevonden. Ik zag ook hengelaars en hun bewegingen. Het binnenhalen van gegadigden en leggen van contacten is op zich al een hele toer en kunst.
Woorden als gecertificeerd, jeugd en kortdurend vlogen voorbij. Ambulant en dagbesteding wisselden af met therapie, aandacht en resultaat. Ondersteuningsaanbod was een mooie verzamelnaam. Beperking en handicap legden vingers op plekken.
Vandaag is de laatste dag van de week van de poëzie. Wanneer je nog een exemplaar van het gratis Poëziegeschenk wil bemachtigen dan moet je snel zijn. Tijdens de Poëzieweek krijg je een exemplaar van Stefan Hertmans’s Neem en lees cadeau, mits je voor € 12,50 aan poëzie koopt en mits de voorraad nog niet op is. Strekt. Zolang de voorraad strekt. Dat laatste klinkt stukken mooier.
Gisteren was ik meegevraagd naar het ziekenhuis. Als steun, goeie vriend, maatje door dik en dun en opvangnet. Pilaar zou ik ook nog kunnen toevoegen. Steunpilaar is mooier denk ik.
In de wachtkamer, wachtruimte of wachtgang kan ook, las ik een oude HP/de Tijd. Niet alleen een interview met onze Youp (van ’t Hek) stond erin maar ook een relaas van een gesprek met onze Joost. Zwagerman dus. Joost. Af en toe moet ik sterk aan hem denken. En niet zonder dat toeval op enigerlei wijze een rol speelt.
“Leef tijdens je leven zo dood mogelijk, alleen dan is de dood redelijk aanvaardbaar.”. Die uitspraak van Joost werd groot aangehaald. Alsof het moest duiden. Het veroorzaakte bij mij in de ruimte die bestemd was om te wachten een diep respect voor het leven.
Zorgaanbieders op de markt in de Vasim. De Vasim. Een kunst en culturele broedplaats aan de westflank van stadsbrug De Oversteek. Mooier kan het niet worden gezegd. De Vasim in Nijmegen. Een plek waar ooit een kunstzijdespinnerij was gevestigd en waar nu voor mij zoveel stof tot nadenken viel op te pikken.
Buiten was het, tijdens de terugweg en wandeling naar het centrum van de stad, zo mogelijk nog boeiender. “Nothing to do, everything to be.”. De boodschap was helder, de bedoeling goed.
Poëzie in de zorg. Zorgpoëzie dus.
Fijne dag.